Het Vedische kastenstelsel door manna

Khimradj Pherai

Voorzitter van Stichting Shri Satya Aarya Pradhana Karmavadische Sanatana Dharma Nederland en Suriname

Bussumsestraat 153

2574 JG Den Haag – Nederland

Telefoon: 070 -3235050  of  0642153517

E-mail:khimradjpherai@casema.nl

 

Den Haag, 23 juni 2009

 

Khimradj Pherai krijgt medewerking uit andere hoek over het Vedische -kastenstelsel 

 

De Hindoeraad Nederland  is door de Nederlandse overheid erkend.

 

Zullen we liever spreken van Soedraraad Nederland, die zogenaamd de belangen van alle Hindoes wil behartigen. Sinds 1990 heb ik wetenschappelijk bewezen dat iemand niet als een braahmaan wordt geboren. Zie onderstaande verwijzingen van een andere deskundige. Hebben deze soedras wel antwoord hierop, die zich zogenaamd van geboorte braahmaan noemen en andere groep Arya Samaji, en hun handlangers. Wanneer gaat Arya Samaji als voorzitter van de Hindoeraad Nederland aftreden????. Is hij werkelijk een Arya Samaji. Wanneer komt een Karmavadisch Sanatani aan de beurt. Zelfs in Suriname heb ik van  de voorzitter van OHM Suriname gehoord, dat de zogenaamde van geboorte braahmanen en zogenaamde Arya Samaji’s geen samenwerking willen hebben met de Karmavadisch Sanatana Dharma. Deze soort mensen leven in onwetendheid en ze zijn op macht belust. Hoe kan men deze soort mensen serieus nemen?

Ze kunnen niet eens behoorlijk lezen over het onderwerp ,,Het Vedische Kastenstelsel” hoewel ze de titel van mr.dr. of drs hebben voor hun naam.

Hoe kan de Nederlandse overheid met zulke mensen, wiens handelingen in onwetendheid zijn  in onderhandeling treden?????

Het is zeer droevig met hen gesteld van hun doen en laten. Zij willen opzettelijk de Hindoe achterban dom houden. Foei, zogenaamde van geboorte braahmanen en zogenaamde Arya Samaji’s en hun handlangers, die ze steeds blijven steunen voor hun handelingen in onwetendheid. Vaker hoor ik vertellen dat een zogenaamde van geboorte braahmaan, heel goede rapporten kan schrijven, maar helaas kan hij niet begrijpend lezen, voor mij is zo’n persoon een rotte appel. De zogenaamde Karmavadisch bestuursleden zijn bezig hun eigen belang veilig te stellen en kunnen niet voor het algemeen belang opkomen, als zij maar een bestuurlijke functie maar kunnen vervullen.

De pot wordt heel goed verdeeld, dus waarom moeten deze soort zogenaamde Karmavadisch Sanatani, de belangen van overige Karmavadische Sanatani’s behartigen??? Eigen belang staat boven het algemeen belang. Foei, zogenaamde Karmavadisch. Zijn jullie wel voorbeeldig om het algemeen belang van de totale Hindoe achterban te dienen??? Aan de ware Karmavadisch Sanatani wil ik een beroep doen om hard op te treden. De man die toendertijd het  statuut van Hindoeraad Nederland heeft opgesteld om hem eruit te gooien en nooit meer van zijn diensten gebruik te maken. Hij is partijdig en is een topper van de Arya Samaj Nederland. Hij heeft een dubbele rol en dat mag niet. Het statuut is te dubbelzinnig en zeer onduidelijk. De ware Karmavadi wens ik heel veel succes in de komende tijd.Er moet afgerekend worden met de zogenaamde van geboorte braahmanen en zogenaamde Arya Samaji’s. De Arya Samaj Nederland heeft twee organisaties. Bij de Stichting OHM moeten de Karmavadische Sanatana Dharma evenveel zendtijd krijgen. Waarom leven de twee bovengenoemde organisaties in angst, omdat ze niets van de waarheid willen weten. Dit is een bittere pil voor ze. De ene groep schreeuwt en zegt het werk van Khimradj Pherai  van tijdelijk aard is. Ik zal juist mensen bewijzen dat het niet zo. Is Godswerk van tijdelijk of blijvend van aard?? Hun handelingen zijn in vals ego. Maar het werk van Khimradj Pherai is in menselijk ego en geen vals ego. Zie onderstaande tabel. Wat weten de zogenaamde van geboorte braahmanen hierover of schieten ze aan kennis tekort?

 

Wie de weg der toegewijde dienst op gaat, behoudt de vruchten van het bestuderen der Veda’s, van het naleven van strenge zelfzucht, het doen van schenkeningen of het verrichten van filosofische en vruchtendragende bezigheden.

 

Epiloog

 

De volgende zegening, in de woorden van de grote hindoese dichter en toneelschrijver Kalidasa (Vikramorvashiyam), geeft een fraai verwoorde samenvatting- en kan daarom worden beschouwd als een passend besluit- van de onovertroffen zienswijze op het leven die in het voorgaande is uiteengezet.

 

Vedanteshu yam ahur eka-purusham vyapya sthitam rodasi yasminn ishvara-ity ananyavishayah shabdo yatharthaksharah antar yash ca mumukshubhir niyamitapranadibhir mrigyate sa sthanuh sthirabhakti-yoga-sulabho nihshreyasayastu vah.

 

Vrij vertaald betekent dit

 

Moge hij die zij in de slotgedeelten der Veda’s (in de oepanisjaden) De Ene noemen, de enig ware persoon, stevig gegrondvest, die de `altijd brullende tweeling (Dit woord, rodasi, afgeleid van de wortel rud, `brullen, schreeuwen’, heeft dezelfde betekenis als het woord krandasi dat voorkomt in Rigveda 2.12.8; 6.25.4; en 10.121.6) [ van de rechte en gebogen lijnen van het leven die de schering en inslag vormen van hemel en aarde en het al] vervult; in wie de klank heer, die elders geen betekenis heeft, zijn ware draagwijdte vindt; die door hen die vrijheid verlangen wordt gezocht in hun diepste ziel, wanneer alle bewegingen van leven, denken en hartstochten zijn verstomd en beheerst worden;

Die desondanks gemakkelijk te bereiken is door de kunst van de onwankelbare, alles vergetende liefde (het begrip bhakti wordt gedefinieerd als paranuraktir ishvare, de `alles overtreffende, hoogste liefde voor de heer’.) – moge hij, de onbeweeglijke pilaar van al wat  beweegt en leeft, u steunen in uw poging diegene te bereiken die het onvertrefbaar goede is, de hoogste waarde [absolute vrijheid, de toestand van het immer aanwezige zijnde, het onvoorwaardelijk bewustzijn en de onvermengde vreugde en liefde].

 

De vrouw, haar cultus en haar mysterie

 

‘De vouw schept het helaal, zij is het lichaam zelf van dit heelal. De Vrouw is de onderhoudster van de drie werelden, zij het wezen van ons lichaam. Er bestaat geen ander geluk dan dat verschaft door de Vrouw.Er is geen andere weg dan die welke de Vrouw ons kan opnemen. Er is nooit geweest en er zal nooit zijn, noch gisteren, noch vandaag, noch morgen, een ander geluk dan de Vrouw, noch een koninkrijk, noch een bedevaart, noch yoga, noch gebed, noch een magische formule (mantra), noch ascese, noch een volheid anders dan die die ontplooid door de Vrouw.’

Shaktisangama-Tantra  ll.52.

Voor de man is het mysterie van de vrouw haar onberekenbare, irrantioanele, onvoorspelbare aard, di haar ongrijpbaar maakt. Welnu,haar ware mysterie is dat van het leven, want, of  we man of vrouw zijn, ons persoonlijk leven is begonnen in de buik van onze moeder. Maar wat rest er tegenwoordig nog, dankzij de genetica en de biologie, van dit zogenaamde mysterie van het leven? De moeder is oneindig veel meer dan een wandelende couveuse, zelfs als haar kleine bewuste-ik er nauwelijks aan denkt. Haar mysterie is de scheppende kracht die in haar woont.Hoewel iedere vrouw de belichaming is van het ultieme vrouwelijke beginsel en de eros, wordt de echte Shakti steeds zeldzamer. Als grote voorbeeld kennen we de vrouw Atri, Sati Anasoeyaa, de echtgenote van Atri Muni, kreeg drie zeer beroemde zonen.—Soma, Dattatraya en Doerwaasaa—die gedeeltelijke manifestatties van rspectievelijk Heer Brahmaa, Heer Vishnoe en Heer Siva waren.

In elke religie waarbij de vrouw onderdrukt wordt, zal ten ondergaan. Dat zien we reeds gebeuren op de wereld. De oorzaak en gevolg van Ramayana en Mahabharata was steeds dat de vrouw een rol speelde. De vrouw, toezeggingen doen en niet willen nakomen waren de gevolgen er groot. De rollen van vrouwen hebben zeer belangrijke rollen gespeeld.

Asvatthaamaa was de laaghartige zoon van de grote wapenmeester Dronaacaarya; hij was het die de kinderen van de Paandava’s in hun slaap vermoordde.Hun moeder was Draupadie.Asvatthaamaa, dacht dat hij de vijf Pandavas had vermoord.

Zo laaghartig zijn de tegenwoordige zogenaamde van geboorte braahmanen, dat op hen de vloek rust dat ze niet eens meer begrijpend kunnen lezen. Geestelijke kennis schieten hen tekort en worden radeloos. Ook de vloek Jezus Christus rust op de nakomelingen van toenmalige zogenaamde van geboorte braahmanen. De soedras mochten niet eens lezen en schrijven. Maar de tijden keren terug en juist de zogenaamde van geboorte braahmanen verrichten laag werk in India. Dit komt ook in andere werelddelen voor.

 

De Sanatana Dharma, eeuwige religie zal altijd blijven bestaan, alleen de   valse verkondigers zullen terrein verliezen en hulpeloos worden en zullen voor macht behoudt blijven vechten, dat zien we nu gebeuren. Een Paria vrouw is in India voorzitter van het Parlement geworden.

 

 

Het             Aatmaa – de monadische essentie                   Aatmaa                      Goddelijke ziel of monadisch omhulsel

Goddelijke       met haar uitstraling                                           goddelijke ego

           Hiranyagarbha – de stralende essentie

    

Aatmaa-buddhi – de Monade                          Jievaatmaa,                 Geestelijke ziel of individuele monade:

                                       geestelijk ego      buddhi, vrucht en zaad van manas           

Het

Geestelijke       Buddhi-manas (equivalent met                         Bhuutaatmaa                Hogere menselijke ziel:

Manas-taijasie in devachan                              menselijk ego               lager buddhi  en hoger manas

 

Het                Manas-manas

Intellectuele      (intelligentie)

of

mentale           Kaama manas en lager manas                           Praanaatmaa,                Menselijke ziel of mens:

(wordt na de dood het kaama- ruupa)               persoonlijk ego             manas, kaama en praana

 

Het                    Praana-lingashariera                                         Dierlijk ego                  Dierlijke ziel of vitaal-astrale ziel:

Astrale                (het levensbeginsel en zijn voertuig)                                                      praana en kaama

 

Het                    Praana-lingashariera-sthuulashariera

Fysieke               (het fysieke lichaam dat door de                                                             Fysieke ziel of lichaam

Werking van het levensbeginsel                        Lichaam                       sthuulashariera praana

Gemodelleerd wordt volgens de                                                              en lingashariera

Astraal etherische matrijs)

 

 

Chakra’s in evenwicht brengen

Iedere chakra staat in wisselwerking met het systeem als geheel en de harmonie of disharmonie van een bepaalde chakra zal zijn uitwerking hebben op alle andere chakra’s. Geen enkele chakra is belangrijker dan een van de ander, zelfs af verkeren veel spirituele zoekers in de waan dat de bovenste chakra’s belangrijker zijn omdat ze meer spirituele informatie bevatten.Maar je kunt geen lotosbloem hebben zonder een steel, de lotus (spiritueel ontwaken) moet ergens zitten en door iets gevoed worden (jouw lichaam). Onze hogere kennis is in feite zinloos tenzij we het mens-zijn van ons wezen in al zijn aspecten kunnen liefhebben en accepteren.

Wees je bewust van waar zich bij jou over het algemeen de meeste energie bevindt. Ben je topzwaar? Zit alle energie onderin? Voel je een goede balans tussen de aarde-energie en de kosmische energie in je chakra’s? Als je energie langs je ruggegraat op en neer laat stromen, zorg er dan voor dat al je chakra’s via je rugkanalen goed met elkaar verbonden zijn. Ervaar je ergens blokkades? Zoja, zoek dan de beelden, kleuren of symbolen die te maken hebben met die blokkade(s) en praat met ze om te kunnen begrijpen waarom ze daar zitten.Indien nodig blaas je beelden (energieën) op, neutraliseer je ze in een roos en vul je die plek op met je gouden zonlicht.

Doe aarde-/kosmische kleurenademhaling.

 

Chakra-ademhaling

Als je de energie in een bepaalde chakra wilt veranderen, is hier nog een oefening di je daarbij zou kunnen helpen. Kies een chakra waar je mee wilt werken en stel je voor dat je energie in die chakra in – en uitademt. Met die ademhaling kun je tegelijkertijd een positieve en een negatieve eigenschap onder handen nemen. Bijvoorbeeld:

 

 

 

 

mantra                adem in                              adem uit

eerste chakara               lam                 gevoel van veiligheid,        gevoel van onveiligheid, slechte

gezondheid                         gezondheid

tweede chakra               vam                humor,vrolijkheid,             geen humor, zwaarmoedigheid,

luchtigheid                        verdriet

derde chakra                  ram                 creativiteit, energiek          stagnatie, verveling

zijn, vrijheid

vierde chakra                 yam                 van jezelf houden               niet van jezelf houden

vijfde chakra                  ham                 zelfexpressie                       niet kunnen uiten, frustatie

zesde chakra                   a                      helderheid                           verwarring

zevende chakra               aum                 zelfvertrouwen                   onzekerheid, besluiteloosheid

 

Bovenstaande  eigenschappen zijn slechts voorbeelden die je kunt gebruiken. Misschien vind je zelf andere die meer van toepassing zijn op jouw specifieke situatie. Nadat je deze speciale ademhaling een minuut hebt gedaan, blijf je nog een paar minuten rustig zitten, waarbij je je voorstelt dat gedurende de rest van de dag een genezende kleur die je hebt uitgekozen, samen met het positieve aspect dat je zoëven hebt ingeademd, vredig in die chakra blijft zitten.

 

Oh, het dualiteitsbesef is de wortel van alle lijden. Het enige geneesmiddel hierentegen is het besef, dat alle ervaringengsobjecten onwerkelijk zijn en dat het `Ik’ het Ene, pure Bewustzijn en absolute Zaligheid is.

 

Khimradj Pherai, zal nimmer iemand opzettelijk dom houden. Wij zijn allemaal Gods kinderen. Geestelijk kennis moet voor elk mens beschikbaar zijn voor het bereiken van moksha (bevrijding uit de kringloop van geboorte en dood.

 

Het

Geestelijke       Buddhi-manas (equivalent met                         Bhuutaatmaa                Hogere menselijke ziel:

Manas-taijasie in devachan                              menselijk ego                lager buddhi  en hoger manas

 

Elk mens moet  in staat gesteld worden om bovengenoemde niveau te bereiken. De tijd om mensen dom te houden is eigenlijk aan het verdwijnen. Tegenwoordig zijn teveel boeken reeds vertaald, die toegankelijk voor een ieder is. Maar de mens moet ook op zoek gaan om het te vinden.

 

Definitie van een parama hamsa

Als iemand dan vrij is van die eindeloos vele verschillen en bestaanstoestanden zoals bijvoorbeeld kaste, individualiteit, enz, kan hij zeggen, dat hij Ondeelbare Intelligentie en Zuivere Eenheid is. (1)

 

Emanatie of evolutie

Het heeft de Heer behaagd Zijn schepselen te scheppen; uit Zijn Wil kwam Avidyaa voort, de moeder van deze onwerkelijke wereld. (2)

 

Daar heeft dan de verbinding plaats tussen het Zuivere Brahman en Avidyaa, waaruit Brahmaa ontstaat, uit wie dan weer aakaasa voortkomt (3).

 

Uit aakaasa emaneert (het element) lucht; uit lucht het vuur, uit het vuur het water, en uit water (het element) aarde. Dit is de volgorde van de subtiele emanatie (4).

 

Uit ether lucht, uit ether en lucht te samen het vuur, van de drievoudige verbinding van ether, lucht en vuur komt water;en van de combinatie van ether, lucht, vuur en water komt (het grove element) aarde (5).

 

Ether heeft de hoedanigheid van geluid; de hoedanigheid van lucht is beweging en het aanraken, tasten; die van vuur is vorm, en van water is het de smaak. En geur, reuk, is de hoedanigheid van aarde. Dit is ontegenzeggelijk waar (6).

 

Aakaasa  heeft één hoedanigheid; lucht heeft er twee; vuur drie; water vier; en aarde heeft vijf hoedanigheden, namelijk geluid, het aanraken  vorm, tasten, smaak en reuk. Zo hebben de Wijzen gezegd (7).

 

Vorm wordt waargenomen door de ogen, geur (reuk) door de neus, smaak door de tong; het aanraken door de huid, en geluid door het oor. Dit zijn namelijk de waarnemingsorganen. (8-9).

 

Uit Intelligentie is dit ganse heelal voortgekomen, het beweeglijke en het onbeweeglijke; of men al dan niet zijn bestaan uit iets kan concluderen, de `Al-Intelligentie Een’ bestaat, is (10).

 

Absorptie of involutie

De aarde wordt fijn en lost op in water; water verdampt en gaat op in vuur; zo gaat vuur op in lucht; en lucht gaat op in ether; en ether gaat op in Avidyaa (onwetendheid omtrent de Eén) en Avidyaa op haar beurt gaat op in het Grote Brahman (11).

 

Er zijn twee krachten:vikshepa (de uitgaande energie) en aavarana (de transformerende energie) die grote potentie en kracht hebben en gelukzaligheid als vorm hebben. De grote maayaa heeft, als non-intelligent en stoffelijk is, drie kenmerken, namelijk sattva, ritme, rajas, energie; en tamas, inertie (12).

 

De non-intelligente vorm van maayaa, versluierd door de aavarana-kracht  (versluiering) manifesteert zich als het helaal, dank zij de aard van de vikshepa-kracht (13).

 

Als Avidyaa overmaat van tamas heeft, manifesteert ze zich als durga; de intelligentie die over haar heerst, noemt men  Siva (14).

 

Als Avidyaa overmaat van sattva  heeft, manifesteert ze zich als lakshmie; de intelligentie, die over haar heerst, noemt  men Vishnu (14.a).

 

Als Avidyaa overmaat van rajas heeft, manifesteert ze zich als de wijze Saraswatie; de intelligentie die over haar heerst, noemt men Brahmaa (15).

 

Goden, zoals Siva, Brahmaa, Vishnu enz. worden allen gezien in de Grote Geest; lichaam en alle stoffelijke vormen en voorwerpen zijn de verscheidenheid van produkten van Avidyaa (16).

 

Op deze manier hebben de Wijzen de schepping van de wereld uiteengezet: de tattvas (elementen) en de non-tattvas (niet-elementen) worden aldus voortgebracht en niet anders (17).

 

Men ziet, dat alle dingen eindig zijn en met  hoedanigheden begiftigd; en allerlei onderscheid  ontstaat alleen maar door woorden en  namen; maar in werkelijkheid is er geen verschil (18).

 

En daarombestaan de dingen niet; Alleen de grote en heerlijke en prachtige Eén, die ze manifesteert en onwaarachtig zijn, toch doen ze zich een tijdlang als echt, als waar voor, aangezien ze de weerspiegeling, de reflex, zijn van het werkelijke (19).

 

Alleen di Ene Entiteit, vol zaligheid, alomvattend, en aldoordringend, bestaat, is, en anders niets; wie voortdurend zich van dit weten (jnaana) bewust is, is ontworsteld aan de dood en smart van het rad van geboorte en dood (20).

 

Karma hult de jieva in en lichaam

Uit de annamayakosa, het fysieke voertuig van de vader en overeenkomstig het karma uit het verleden, wordt de menselijke ziel opnieuw gehuld in een vleselijk lichaam; daarom beschouwen de verstandigen dit mooie lichaam als een straf om de uitwerking te ondergaan van vroeger karma (21).

 

Deze tempel van lijden en genot, het menselijk lichaam, dat bestaat uit vlees, bot, zenuwen, merg, bloed en doorkruist wordt  van bloedvaten enz, is er alleen ter wille van lijden, leed en smart (22).

 

Dit lichaam, het verblijf va Brahman, en opgebouwd uit de vijf elementen, dat men kent onder de naam Brahmaanda, het ei van Brahmaa of  de microkosmos, is geschapen tot het genieten van vreugde en het lijden van pijn (23).

 

Uit de Zelf-combinatie van Geest – en dat is Siva  — Materie – en dat is Sakti – en door hun innerlijke wisselwerking, worden alle schepselen geboren (24).

 

Uit de vijfvoudige combinatie van alle subtiele elementen in dit heelal komen talloos vele stoffelijke dingen tevoorschijn. De intelligentie, die door de werking van karma in die dingen opgesloten ligt, noemt men jieva. Deze hele wereld is afgeleid uit de vijf elementen. De jieva is de Genieter van de vruchten van handeling (25).

 

Overeenkomstig de uitwerking van het vroeger karma van de jieva (individuele ziel) bepaal“Ik” al hun bestemmingen. Jieva is onstoffelijk en bevindt zich in alle dingen; maar ze gaat het stoffelijk lichaam in om de vruchten van karma te genieten (26).

 

Door hun karma gekluisterd aan de ketenen van de materie, krijgen de jievas allerlei namen. In deze wereld komen ze telkens weer opnieuw om de gevolgen van hun karma’s te ondergaan (27).

 

Als de vruchten van karma genoten zijn, gaat  jieva geheel en al op in het Parabrahman (28).

 

Caatur-varnyam mayaa srstam      guna-karma-vibhaagasah

Tasya kartaaram api maam           viddhy akartaaram avyayam

 

Overeenkomstig de drieërlei aard der stoffelijke natuur (goedheid, hartstocht en onwetendheid) en de werkzaamheid daaraan toebedeeld, werden de vier geledingen der menselijke samenleving door Mij geschapen. En hoewel Ik de schepper van dit stelsel ben, dien je te weten dat Ik er niet aan gebonden ben, want Ik ben onveranderlijk.

 

Met vriendelijke groet,

 

 

 

Khimradj Pherai

Het Vedische kasten-stelsel door Rewien Manna

 

 

om ajnana timirandasya jnanan-jana salakaya

caksur unmilitam yena tasmai sri gurave namah

 

Ik breng mijn respectvolle eerbetuiging aan mijn dierbare spirituele leraar, die mij ontwaakt heeft uit de diepste duisternis der ontwetenheid en mij verlicht heeft met de fakkel der spirituele kennis.

 

 

he krsna karuna-sindho
dina-bandho jagat-pate
gopesa gopika-kanta
radha-kanta namo stu te

 

O mijn dierbare Krishna, U bent de vriend van de verdrietigen, een zee van genade, en de meester van de schepping. U bent de meester van de koe-herders en de minnaar van de gopis, vooral van Radha. Ik breng U mijn respectvolle eerbetuiging.

 

Dit is mijn bescheiden poging om enige duidelijkheid te brengen in het vraagstuk over het Vedische kastenstelsel.

 

Ik wil ook iedereen, die dit stuk in handen krijgt, aanmoedigen om het te kopieëren en te verspreiden aan familie en kennisen.

 

R.R. Manna

Voor meer informatie mag u altijd kontakt opnemen.

e-mail: radjin_manna@hotmail.com, tel: 458469, mobiel: 08595666

In de Srimad Bhagavat Purana  (7.11.35) zegt Narad Muni :

 

 

yasya yal laksanam proktam

pumso varnabhivyanjakam

yad anyatrapi drsyeta

tat tenaiva vinirdiset

 

“Als iemand de kwaliteiten vertoont van een Brahmana, een Ksatriya, een Vaisya of een Sudra, al wordt hij geboren in een andere klasse, moet hij worden geaccepteerd overeenkomstig met de voorwaarden/voorschriften van zijn classificatie.”

 

Iedereen moet kunnen begrijpen dat een kind niet automatisch de kwaliteiten van zijn ouders overneemt bij geboorte. Als een kind hetzelfde studeert als zijn vader en als zijn karakter hetzelfde is als van zijn vader, dan alleen bezit hij dezelfde kwaliteiten als zijn vader. Niet omdat de vader een arts is het kind ook vanzelfsprekend een arts.

 

In vers 41 van het laatste hoofdstuk van de Bhagavad Gita zegt Krishna aan Arjuna dat de Brahmanas, de Ksatriyas, de Vaisyas en de Sudras worden onderscheiden door hun daden, dus niet door hun geboorte. Verder vertelt hij hoe je ze kan onderscheiden. De kwaliteiten van de Brahmana luiden als volgt: kalmte, zelfbeheersing, onthouding, reinheid, vergevingsgezindheid, oprechtheid, kennis, wijsheid en godsdienstigheid. Kwaliteiten van de Ksatriya zijn: heldhaftigheid, kracht, vastberadenheid, vaardigheid, standvastigheid in de strijd, vrijgevigheid en bekwaamheid in het regeren. Van de Vaisyas zijn dat het uitoefenen van landbouw, bescherming van koeien en handel, en voor de Sudra gelden arbeid en het dienen van anderen als belangrijke kwaliteiten.

 

Verder staat er in de Srimad Bhagavat Purana (Bhag. 7.11.21-24):

 

samo damas tapah saucam santosah ksantir arjavam

jnanam dayacyutatmatvam satyam ca brahma-laksanam

 

De kwaliteiten van een Brahmana zijn:

  • beheersing van de geest, beheersing van de zintuigen, onthouding, boetedoening, zuiverheid, tevredenheid, vergeving, eenvoudigheid, kennis, barmhartigheid, eerlijkheid en volle overgave aan God.

 

sauryam viryam dhrtis tejas tyagas catmajayah ksama

brahmanyata prasadas ca satyam ca ksatra-laksanam

 

  • Om invloedrijk te zijn in de oorlog, onverslaanbaar, geduldig, uitdagend en vrijgevig, om lichamelijke behoeften te kunnen beheersen, te kunnen vergeven, om gehecht te zijn aan de geaardheid van de Brahmanas, en altijd vrolijk en eerlijk te zijn, zijn de symptomen van een Ksatriya.

 

deva-gurv-acyute bhaktis tri-varga-pariposanam

astikyam udyamo nityam naipunyam vaisya-laksanam

 

  • Door altijd toegewijd te zijn aan de half goden, de geestelijke leraar, en aan de Heer Vishnu, altijd streven naar vooruitgang in religieuze principes, economische vooruitgang en zintuigelijke bevrediging (dharma, artha en kama), geloof hebben in de woorden van de geestelijke leraar en de vedische geschriften, en altijd, met expertise, streven naar vergaren van geld zijn de symptomen van een Vaisya.

 

sudrasya sannatih saucam seva svaminy amayaya

amantra-yajno hy asteyam satyam go-vipra-raksanam

 

  • Eerbetuiging aan de hogere klassen van de maatschapij, altijd heel schoon zijn, vrij van dubbelzinnigheid (bedriegerij), dienen van zijn meester, uitvoeren van offeringen zonder mantras op te zeggen, niet stelen, altijd eerlijk en altijd bescherming bieden aan de koeien en de brahmanas, dat zijn de symptomen van de Sudra.

Hieruit kan begrepen worden dat men niet door geboorte gekwalificeerd is als Brahmana, Ksatriya, Vaisya of Sudra, maar door zijn karaktereigenschappen.

 

Er zijn nog duizenden aanhalingen uit de Vedische geschriften om dit punt te versterken. Ik zal een paar daarvan weergeven.

 

In de Vajra-sucika Upanisad staat:

 

Brahma-ksatriya-vaisya-sudro iti catvaro varnas tesam varnanam brahmana

eva pradhana iti veda-vacananu-rupam smrtibhir apy uktam. Tatra codyam

asti ko va brahmano nama. Kim jivah kim dehah kim jatih kim jnanam kim

karma kim dharmika iti. Tatra prathmo jivo brahmana iti cettana,

atitanagatan eka dehanam jivasyaika-rupatvat ekasyapi karma-vasadan-eka-

deha sambhavat sarva sariranam jivasyaika-rupatvacca. Tasman na jivo

brahmana iti. Tarhi deho brahmana iti cettnna, acandaladi-paryantanam

manusyanam panca-bhautikatvena. Dehasyaika-rupatvaj-jara-marana

dharmadharmadi samya-darsanad brahmanah svetavarnah ksatriyo rakta-

varno vaisyah pita-varnah sudrah krsna-varna iti niyamabhavat. Pitradi-sarira

dahane putradinam brahma-hatyadi-dosa-sambhavacca tasman na deho

brahmana iti. Tarhi jati brahmana iti cenna. tatra jatyantarajantusu aneka-

jati-sambhava maharsayo bahavah santi. Esya-srogo mrgyah kausikah kusat

jambuko jambukat.Valmiko valmikat. Vyasah kaivartta-kanyayam.

Sasaprsthat gautama. Vasisthah urvasyam. Agastyah kalase jata iti srutatvat.

Etesam jatya vinapyagre jnana-prati-padita rsyo bahavah santi. Tasman na

jatih brahmana iti. Tarhi jnanam brahmana iti cettnna. Ksatriyadayo’pi

paramartha-darsino’bhijna bahavah santi. Tasmanha jnanam brahmana iti.

Tarhi karma brahmanah iti cettanna. Sarvesam praninam prarabdha-

sancitagami karma-sa dharmya-darsanat karmabhipreritah sant janah kriyah

kurvaniti. Tasman na karma brahmana iti. Tarhi dharmiko brahmana iti

cettnna. Ksatriyadayo hiranyadataro bahavah santi. Tasmanna dharmiko

brahmana iti. Tarhi ko va brahmano nama. Yah kascid-atmanam-advitiyam-

jati-guna-kriyahinam sadurmisad-bhavetyadi-sarva-dosa-rahitam satya-

jnananandanta-svarupam svayam nirvikalpam asesa-kalpadharam

asesabhutahtaryamitvena vartamanam antarbahis-cakasavadanu-syutama-

khandananda-svabhavam-aprameya manu bha vai kavedya paroksataya

basamanam karatalamalakavat saksad-aparoksi-krtya krtarthataya kama-

ragadi-dosa-rahitah sama damadi-sampanno ceta vartata, eva mukta-laksano

yah sa eva brahmana iti sruti-smrti-puranetihasanam-abhiprayah. Anyatha

hi brahmantva-siddhir nasty eva.

 

De vier varnas zijn: Brahmana, Ksatriya, Vaisya en Sudra. Uit deze vier is de Brahmana de voornaamste. Dit is de uitspraak van de Vedas en de Smriti. Daarin zijn de vragen gesteld: “Wie is een Brahmana? Op grond waarvan kan iemand een Brahmana genoemd worden? Op grond van leven (jiva), lichaam (deha), geboorte (jati), kennis (jnana), werk (karma), en  plicht (dharma), wat maakt een Brahmana een Brahmana?” Het antwoord op de eerste vraag is: “Het is niet juist om elke willekeurige jiva een Brahmana te noemen. Er zijn miljoenen jivas die miljoenen verschillende levende vormen nemen naar gelang hun karma en mentaliteit, maar zij kunnen niet allen Brahmana worden genoemd.”

 

Het tweede punt is, of iemand op grond van zijn lichaam (deha) een Brahmana genoemd kan worden. Het antwoord is nee. Het lichaam van een chandala ( iemand behorende bij een lage kaste) en van alle levende wezens zijn ondergeschikt aan ziekte en dood. Op deze manier moet het duidelijk begrepen worden dat iemand niet Brahmana genoemd kan worden op grond van zijn lichaam (deha). Door het verbranden van je lichaam wordt je niet  bevrijd van de zonde van het doden van een Brahmana, noch is die zonde overgedragen aan je kinderen. Op dezelfde manier is de status van het Brahmana zijn niet gebaseerd op lichamelijke toestand, noch kan de Brahmana status overgebracht worden door het lozen van zaad en voortplanting.

 

Het derde punt is, of men door geboorte (jati) een Brahmana wordt? Het antwoord is nee. Uit onze voorouders zijn er veel grote rshis gerezen. Rshi Snrga werd geboren uit een hert, Kausika werd geboren uit stro, Jambhuka rshi werd opgevoed door een jakhals en Valmiki is uit een mieren-nest voortgekomen. Vyasa werd geboren uit een vissersdochter en Gautama rshi werd geboren uit een konijn. Vashista werd geboren uit een danseres genaamd Urvasi. Agastya Muni is uit een kruik (waarin zaad bewaard werd) geboren. Er zijn veel voorbeelden van grote munis en rshis die niet wisten in welke omstandigheden zij geboren waren. Daarom maakt geboorte (jati) iemand geen Brahmana.

 

En kennis (jnana) dan? Kennis maakt iemand geen Brahmana. Er zijn Ksatriyas die over evenveel kennis beschikken over de absolute doelen van het leven, als een Brahmana, maar dat maakt hun nog geen Brahmana.

 

En ons lot (karma)? Alle levende wezens hebben karma vergaard uit hun eerdere levens, en moeten hun lotsbestemming nog uitleven met hun karma en dharma in de toekomst. Door zijn karmische verlangens raakt iemand verder verwikkeld in zijn karmische lot en leeft hij door in zijn wereld van aktie en reaktie. Een Brahmana is hoger dan dit, daarom wordt je ook geen Brahmana door karma.

 

Hoe zit het dan met religie (dharma)? Materialistische vroomheid maakt iemand ook niet tot een Brahmana, er zijn veel voorbeelden van grote Ksatriyas die heel religieus waren en veel goud aan de armen gaven, maar zij werden daardoor geen Brahmanas.

 

Wat is dan een Brahmana? Een Brahmana is hij die helemaal verdiept is in de almachtige Godheid. Hij is vrij van alle materialistische attributen van geboorte, werk en materialistische kwaliteiten, en is vrij van slechte eigenschappen. Zijn aard is dat hij plezier onttrekt uit de kennis van de oneindige Absolute Waarheid. Een echte Brahmana is helemaal verdiept in de oneindige Absolute Persoon ( die aanwezig is in de harten van alle levende wezens als de Ziel net als ether overal aanwezig is). Die Absolute Heer is ondeelbaar, Zijn aard is absolute gelukzaligheid (ananda). De oneindige Heer is geen mango die gegrepen kan worden voor zintuigelijke experimenten, men kan hem ook niet kennen door direkte of indirekte mentale speculaties. Dus een Brahmana is vrij van materialistische kwaliteiten als lust, boosheid, gierigheid, trots, illusie en jaloezie. Hij bezit alle twaalf Brahmaanse kwaliteiten beginnend met vreedzaamheid en zelf-beheersing (samo, dama, tapa etc.) Hij is nooit jaloers en is vrij van illusie, van trots en van een vals ego. Iemand die deze kwaliteiten bezit, mag zich een Brahmana noemen. Dit is de mening van de Srutis, de Smritis, de Puranas en de Ithihasas. Geen andere fundamenten van perfectie kunnen de Brahmaanse status aangeven.

 

 

In de Mahabharat Vana Purva 180.25

 

sudre caitad-bhavel-laksma dvije tac ca na vidyate

na vai sudro bhavec-chudro brahmano na ca brahmanoh

 

 

Als wordt gezien dat een Sudra de eigenschappen van een Brahmana bezit, moet hij worden beschouwd als een Brahmana. Op dezelfde manier, als een Brahmana de eigenschappen van een Sudra vertoont, moet hij worden beschouwd als een Sudra.

 

 

 

 

In de Bhagavat Purana 7.11.35

 

yasya yal laksanam proktam pumso varnabhivyanjakam

yad anyatrapi drsyeta tat tenaiva vinirdiset

 

Als iemand de eigenschappen van een Brahmana, Ksatriya, Vaisya of Sudra vertoont als eerder aangegeven, al is hij in een andere kaste geboren, moet hij worden beschouwd volgens de voorwaarden/voorschriften van zijn classificatie.

 

 

In de Nilakantha tekstverklaring van de Mahabharata, Vana Parva 180.23-26

 

evanca satyadikam yadi sudro’pyasti tarhiso’pi brahmana eva syat sudra

laksmakadikam na brahmano’sti napi brahmana-

laksmasamadikam sudro’sti.

sudro’pi samadyupeto brahmana eva, brahmano’pi

kamadyupetah sudra eva

 

Op dezelfde manier, als een Sudra de kwaliteiten van een Brahmana bezit zoals eerlijkheid, dan is hij een Brahmana. En als een Brahmana de kwaliteiten zoals een rustig karakter, die passend zijn voor een Brahmana, niet bezit, dan is hij een Sudra. Als de Sudra kwaliteiten bezit zoals onpartijdigheid, dan is hij een Brahmana. Als een Brahmana kwaliteiten bezit zoals lust, dan is hij een Sudra.

 

 

In de Bhavarta-dipika tekstverklaring van de Srimad Bhagavat Purana 7-11-35

 

 

samadibhireva brahmanadi vyavaharo mukhyah na jatimatrat.

yad yadi anyatra varnantare’pi drsyeta, tad-varnastaram

tenaive laksmana-nimittenaivavarnena

vinirdiset, na tu jatinimitenetyarthah

 

De kwaliteiten van een Brahmana, die beginnen met vreedzaamheid ( samo, dama, tapau etc.) vertegenwoordigen de hoofdkarakteristieken of  het principieële gedrag van een Brahmana. Daartegenover is geboorte geen kwalificatie voor de Brahmana status. Als iemand geboren is in een andere kaste, maar de kwaliteiten van een Brahmana bezit, moet zijn geboortekaste genegeerd worden en moet hij worden geaccepteerd als een Brahmana. Iemand die als Brahmana geboren is mag alleen worden geaccepteerd als een Brahmana als hij de kwalificaties daartoe heeft, anders niet.

 

In de Mahabharat, Anusasana Parva 14.3.5,8

 

etan me samsayam deva vada bhutapate’nagha

trayo varnah prakrtyeha katham brahmanyamapnuyuh

sthito brahmana-dharmena brahmanyam-upajivati

ksatriyo vatha vaisyo va brahma-bhuyam sa gacchati

 

( Uma zei) “O Shiva, meester van de Bhutas, O Gij die nooit zondigt. Door welke soort persoonlijke eigenschappen kunnen mensen van de drie kasten namelijk Ksatriya, Vaisya en Sudra, Brahmanas worden?  Is het voor hun mogelijk om Brahmana te worden? Verlicht aub mijn twijfels over dit onderwerp.” Shiva zei: “Als een Ksatriya of Vaisya goed gegrondvest is in Brahmana standarden, en hij gedraagt zich zijn hele leven als een Brahmana, dan heeft hij de status van een Brahmana.”

 

 

In de Mahabharat, Vana Parva 215. 13-15

 

 

sampratanca mato me’si brahmano natra samsayah

brahmanah pataniyesu vartamano vikarmasu

yastu sudro dame satye dharme ca satatothitah

tam brahmanam aham manye vrttena hi bhaved-dvijah

 

( De Brahmana zei aan de jager) “Naar mijn mening, bent u een Brahmana. Hierover bestaat geen twijfel. Het is mijn overweging dat de Brahmana die trots is en verslaafd is aan zondige daden, die vol ondeugd is en altijd bezig is met duistere en degraderende praktijken, zeker een Sudra is. Daartegenover, een Sudra die begiftigd is met de kwaliteiten van rechtvaardigheid, zelfbeheersing en eerlijkheid, is naar mijn mening, een Brahmana. De enige kwalificaties voor de Brahmana status zijn een eerlijk karakter en voorbeeldig gedrag.”

 

 

In de Mahabharat, Santi Parva 189.7

 

 

himsanrta-priya lubdhah sarva-karmopjivinah

krsna saucaparibhrasthaste dvijah sudratam gatah

sarva-bhaksyaratirnityam sarva-karmakaro ‘sucih

tyakta-vedastvanacarah sa vai sudra iti smrtah

 

Brahmanas die een leven vol geweld, leugens en gierigheid leiden, die onrein zijn en allerlei karmische activiteiten ontplooien om hun leven te onderhouden, worden gedegradeerd naar de status van Sudra. Dat is iemand die van alles eet (ook vlees), die gehecht is aan wereldse goederen, die elk beroep kan uitoefenen om geld te verdienen, die Vedische Dharma en passend gedrag opgeeft.

 

 

 

 

 

In de Mahabharat, Vana Parva 180. 26

 

 

yatraital-laksyate sarpa vrttam sa brahmanah smrtah

yatraitan na bhavet sarpa tam sudramili nirdiset

 

( Yudhisthira zei ). “O slang, wie de eigenschappen van een Brahmana bezit, die persoon is een Brahmana. Wie die eigenschappen niet bezit, die is een sudra, al is hij een ‘geboren’ brahmana.”

 

In de Chandogya Upanisad 4.4.4 Gautama

 

 

tam hovaca kim gotro nu saumyasiti.

Sa hovaca nahametadveda bho yad-gotro ‘ham asmi.

Aprccham mataram sa ma pratyabravid

bhahvaham caranti paricarini yauvane tvamalabhe.

Saham etat na veda yad-gotras-tvamasi.

Jabala tu nama ahamasmi, Satyakamo nama tvamasiti.

So’ham satyakamo Jabalo ‘smi bho iti.

Tam hovaca naitadabrahmano vivaktum-arhati samidham

saumya ahara. Upa tva nesye. Na satyadaga iti.

 

 

Gautama vroeg aan Satyakama: “Mijn lieve jongen, wat is je Gotra?” De jongen zei: “ Ik weet niet wat mijn kaste of de achtergrond van mijn familie is. Ik vroeg het aan mijn moeder en die zei: “ Toen ik jong was dwaalde ik hier en daar, ik kende veel mannen, en toen werd jij geboren. Ik kende zoveel mannen dat ik niet wist wie je vader was of wat je kaste is. Het enige dat ik weet is dat ik Jabala heet en dat jou naam Satyakama is.” Daarom kennen mensen mij als de Satyakama van Jabala, en ken ik mijn kaste niet.” Gautama zei: “ Mijn lieve jongen, jij spreekt de waarheid, en daarom moet je een Brahmana zijn. Alleen een brahmana zou zo een onsmakelijke waarheid kunnen vertellen. O mooie knaap, ga en verzamel hout voor mijn vuuroffering (yajna). Ik zal je aanvaarden als mijn discipel, omdat je je nooit distantiëert van de waarheid.”

 

 

In de Chandogya Upanisad, Madhva-bhanya, Smma-samhita

 

 

arjvavam brahmane saksat sudro’narjava-laksanah

gautamastv iti vijnaya satya-kamamupanayat

 

Eerlijkheid is het symptoom van een Brahmana, terwijl oneerlijkheid het symptoom van een Sudra is. Dit wetende, accepteerde Gautama Rshi Satyakam als een Brahmana.

 

 

In de Padma Purana, Snnthi-Khanda 43.321,322 Gautamiya-samskarana

 

 

sac-chrotriya-kule jato akriyo naiva pujitah

asat-kstrakule pujyo vyasa-vaibhandukay yatha

ksatriyanam kule jato visvamitro’sti matsamah

vesyaputro Vasisthas ca anye siddha dvijatayah

yasya tasya kule jato gunavaneva tairgunaih

saksad brahmanayo viprah pujiyah prayatnatah

 

( De Heer Brahma zei ). Als iemand geboren is in een familie van Brahmanas, die verzonken zijn in het luisteren naar het Goddelijke geluid, maar slechte eigenschappen en gedrag heeft, is hij niet eerbiedwaardig als een Brahmana. Daartegenover, Vyasa en Vaibhandaka Muni zijn geboren in onreine omstandigheden, maar zijn toch eerbiedwaardig. Op dezelfde manier ook Visvamitra Muni was geboren als een Ksatriya, maar hij is mijn gelijke geworden door zijn daden en kwaliteiten. Ook Vasista was de zoon van een prostituee. En nog meer belangrijke mensen die de kwaliteiten van een pure Brahmana manifesteerden waren in soortgelijke nederige omstandigheden geboren, maar die zijn ook bekend als te zijn perfect. De geboorteplaats van iemand is niet van belang bij het vaststellen of hij een Brahmana is. Degenen die de eigenschappen van een Brahmana bezitten worden overal erkend als Brahmana, en degenen die deze kwaliteiten  bezitten zijn voor iedereen eerwaardig.

 

In de Manu-samhita 2.157

 

 

yatha kasthamayo hasti yatha carma-mayo mrgah

yas ca vipro’nadhiyanas trayaste nama vibhrati

 

Net als een olifant van hout gemaakt, alleen in naam een olifant is, en een hert van leder gemaakt alleen in naam een hert is, precies zo is een Brahmana die geen kennis draagt van de Vedische geschriften, alleen in naam een Brahmana.

 

In de Manu-samhita 2. 168

 

yo’nadhitya dvijo vedam anyatra kurute sramam

sa jivan eva sudratvam asu gaccati sanvayah

 

Een Brahmana, die zonder de Vedas te bestuderen, arbeid verricht voor andere dingen als materieële rijkdom, positie, aanbidding, en andere rijkdommen, wordt met al zijn familieleden een Sudra.

 

In de Padma Purana

 

 

viprah samskara-yukto na nityam sandhyadi-karma yah

naimitikastu no kuryat brahmana-bruva ucyate

yuktah syat sarva-samskarair-dvijastu niyama-vrataih

karma kincit na kurute vedoktam brahmana bruvah garbhadhanadibhir

yuktas tathopanayanena ca

na karma-krt na cadhite sa jneyo brahmana-bruvah

adhyapayati no sisyan nadhite vedam uttamam

garbhadhanadi-samskarair yutah syad brahmana-bruvah

 

 

Een Brahmana die gefaald heeft om een/enkele van de tien soorten samskaras te doen, die niet regelmatig de plichten (beginnende met sandhya, vandhya, etc.) van een Brahmana doet, is alleen in naam een Brahmana (Brahmana-bruva). Zo’n Brahmana houdt zich niet aan de regels en beloften, en hij doet de ceremonieële reinigende rituelen, zoals aangegeven in de Vedische geschriften, ook niet. Hij is niet op de juiste manier gereinigd door garbadhana-samskara noch door de heilige Brahmana koordceremonie, noch bestudeert hij de Vedas. Zo’n waardeloze, zogenaamde Brahmana studeert de beste Vedische geschriften niet, en hij leert het zijn zogenaamde discipelen ook niet.

 

 

In de Manu-samhita  7.58

 

 

kulluka-bhatta-tika yo brahmanah kriya-rahita

atmanam brahmanam braviti, sa brahmana-bruvah

 

Volgens de betekenisverklaring van Kulluka Bhatta,  is iemand bij wie het juiste gedrag van een Brahmana ontbreekt, terwijl hij zich toch voordoet als een Brahmana, in naam alleen een Brahmana.

 

In de Brihad-Aranyaka  4.4.21

 

 

tam eva dhiro vijnaya prajnam kurvita brahmanah

Een verstandig mens die de Absolute Heer, Parambrahma, kent door het proces van devotie ( bhakti), hij is een Brahmana.

 

 

Tenslotte zegt Bharadvaja Muni

 

 

jata-karmadibhir-yastu samkaraih samskrtah sucih

vedadhyayana-sampannah sad sat karmasvasthitah

saucacarasthitah samyag vighasasi gurupriyah

nityabrali satyaparah sa vai brahmana ucyate

 

 

( Bharadvaja  Muni zei: “O beste Brahmana, Rshi tussen de Brahmanas, beste redenaar van de Vedische kennis. Instrueer ons in de verschillen tussen de Brahmanas, Ksatriyas, Vaisyas en van de Sudras.” Brhigu Muni gaf antwoord ). Iemand wiens geboorte en daden allemaal gereinigd zijn door de geschikte samskaras, wie kwaliteiten als reinheid en zuiverheid bezit, wie toegewijdt is aan het studeren van de Vedas, wie de Absolute Heer, Vishnu, aanbidt en wie anderen instrueert om Vishnu aan te bidden, wie een voorbeeld is van de zes aktiviteiten van een Brahmana, wiens gedragingen nooit onzuiver zijn, wie de voedselresten ( prasad ) van zijn Guru eet, wie zijn Guru dierbaar is, wie altijd zijn beloften na komt en wie sterk gegrondvest is in de waarheid, zo iemand is een Brahmana.

 

Zo zijn er nog heel veel bewijzen en aanhalingen uit de Vedische geschriften die duidelijk aangeven dat de status van Brahmana niet door geboorte maar door de aard en de kwaliteiten van een persoon, verkregen wordt.

Nu om even wat logica bij te voegen zal ik nog een paar teksten uit de Vedische geschriften aanhalen. Wij accepteren dat wij allemaal afstammelingen van Brahma zijn, hoe kunnen we dan door geboorte een andere kaste als die van hem hebben.

 

 

In de Srimad Bhagavat Purana 11.17.10

 

 

adau krta-yuge varno nrnam hamsa iti smrtah

krta-krtyah praja jatya tasmat krta-yugam viduh

 

In het begin, Satya-yuga, was er maar een sociale klasse, genaamd ‘hamsa’. In dat tijdperk was iedereen perfect vanaf geboorte. Dat tijdperk is dus ook bekend als Krita-yuga, oftewel het tijdperk waarin alle religieuze plichten in vervulling gingen.

 

 

In de Mahabharata, Santi Parva 188.10

 

 

na viseso’ sti varnanam sarvam brahmam-idam jagat

brahmana purva-srstam hi karmabhir-varnatam gatam

 

 

(Bhrigu Muni zei) Voorheen was er maar een varna. Omdat iedereen geboren werd uit Brahma, was iedereen een Brahmana. Maar later werden mensen gecategoriseerd in verschillende kasten volgens hun verschillende activiteiten.

 

Verder wil ik het hebben over valse zogenaamde Brahmanas, die door hun trots, ego, gierigheid, jaloezie, eigen belang en om materialistische redenen (  dus kwaliteiten die helemaal niet aan een Brahmana toebehoren ) de leringen van de Vedische geschriften proberen te manipuleren. God heeft alle levende wezens geschapen en ze allemaal een vrije wil gegeven. Door de jaloezie van de jiva op de positie van God zijn wij in deze materiëele wereld terecht gekomen. Dankzij ons karma hebben wij een lichaam gekregen en zijn wij in de situatie terecht gekomen waarin wij nu verkeren. Heeft God mischien dan aan bepaalde jivas een  hogere positie gegeven dan andere jivas? Nee, Hij heeft ons de vrije wil gegeven om zelf te kunnen bepalen of wij op een hoger bewustzijnsniveau willen leven. Als u een Brahmana wil zijn, ontwikkel dan de kwaliteiten van een Brahmana, en u zult gerespecteerd worden als een Brahmana. Niet omdat mijn vader een Brahamana is , ben ik automatisch ook een Brahmana, die ondertussen  jaloers is op  rijke, mooie en geleerde mensen, rascistisch is, mijn vrouw sla, steel om een beetje meer comfort te kunnen genieten, en in de valse schijn van Brahmana zijn eis ik veel geld van arme mensen om een puja thuis bij ze te houden. En omdat ik een Brahmana ben laat ik mensen mijn voeten aanraken en ga ik ervanuit dat God mij met open armen zal ontvangen na mijn dood.

 

Hier volgen nog een paar aanhalingen uit de Vedische geschriften.

 

 

In de Padma Purana

 

 

brahmanah ksatriya vaisah sudrah papa-parayanah

nijacara-vihinas ca bhavisyanti kalau yuge

vipra veda-vihinas ca pratigraha-parayanah

atyanta-kaminah krura bhavisyanti kalau yuge

veda-nindakaras caiva dyutacaurya karas tatha

vidhava-sanga-lubdhas ca bhavisanti kalau dvijah

vrtty-artham brahmanah kecit mahakapata-dharminah

raktambara bhavisyanti jatilah smasrudharinah

kalau yuge bhavisanti brahmanah sudra-dharmina

 

 

In Kali-yuga, ontbreekt het karakter en het juiste gedrag van alle vier varnas en iedereen is verslaafd aan het zondigen. Bij de Brahmanas ontbreekt Vedische kennis en offeringen. Zij geven alle vijf offeringen op, die in de Vedas aanbevolen zijn en ook het juiste Brahmaanse gedrag en bewustzijn, ze houden zich bezig met minderwaardige aktiviteiten. Ze verzamelen aalmoezen om hun oneindige lust naar zinsbevrediging te kunnen bevredigen. De Brahmanas van de Kali-yuga worden gekarakteriseerd door de van lust en wreedheid. Onheilig in daad en gedachte, hebben ze vertier in afgunst en andermans leed. Deze professionele dieven blasfemeren de Vedas, drinken alcohol en ze buiten vrouwen uit voor sex, ze genieten door overspel te plegen en door sex te bedrijven voor het huwelijk. Zij accepteren veel zondige beroepen om hun leven te onderhouden en, ze doen zichzelf voor als swamis, gekleed in het rood, dragen ze lang haar en baarden. Op deze manier accepteren deze miserabele zogenaamde Brahmanas van de Kali-yuga, de dharma van de Sudras, ze worden dus vierdegraads mensen.

 

 

In de Chaitanya Bhagavat Adi 11.29

 

 

raksasah kalim-asritya jayante brahma-yonisu

utpanna brahmana-kule badhante srotriyan krsan

 

 

Degenen die rakshasas waren in de voorgaande yugas, hebben in Kali-yuga hun geboorte genomen als Brahmana om de fysiek zwakke, heilige personen, die bezig zijn met naar God luisteren, te intimideren.

 

 

In de Hari-bhakti-vilasa 5.5, from Visnu Yamala

 

 

asuddhah sudra-kalpa hi brahmanah kali-sambhavah

tesam agama-margena suddhir na srota-vartmana

 

De Brahmanas geboren in Kali-yuga zijn gewoon Sudras. Hun zogenaamde Vedische pad van karma is vervuild en het kan ze niet zuiveren. Ze kunnen alleen gezuiverd worden door het volgen van de aganas of pancharatrika-viddhi.

 

 

In de Manu-samhita 4. 190

 

 

atapas-tvanadhiyanah pratigraha-rucir-dvijah

ambhasy-asma-plavenaiva saha tenaiva majjati

 

Een Brahmana bij wie boetedoeningen ontbreken, die de Vedas niet studeert, maar toch als Brahmana aalmoezen van anderen ontvangt is veroordeeld. Zulke Brahmanas zijn net als een vlot gemaakt van steen en zij en de personen die hen aalmoezen geven, zijn veroordeeld om te zinken in de zee van het helse bestaan.

 

In de Manu-samhita 4. 200

 

 

alingo lingivesena yo-vrttim-upajivati

sa linginam haratyenas-tiryag yonau cajayate

 

Waneer iemand die niet geschikt is om het heilige  koord van de Brahmana te dragen, dat toch doet en zijn leven onderhoudt door zondige en onheilige gedragingen, zo’n persoon krijgt veel slechte karma en wordt herboren uit niet menselijke ouders.

 

 

In de Manu-samhita 3. 156

 

 

bhrtak-adhyapako yas ca bhrtak-adhyapitas-tatha

sudra-sisyo gurus caiva vag dustah kunda-golokau

 

Iemand die de Vedas onderwijst tegen betaling, iemand die betaald om de Vedas te leren, discipel van een Sudra, guru van een Sudra en iemand die onzin praat moet vermeden worden.

 

Ik heb begrepen dat er in onze samenleving een beetje verwarring is onstaan over dit onderwerp, daarom probeer ik een beetje klaarheid te brengen in dit vraagstuk. Wij moeten niet vergeten dat wij in Kali-yuga leven en dat er veel mensen zijn die zaken proberen te verdraaien om hun eigen belangen te dienen.

In vroegere tijden namen de kinderen, in de meeste gevallen, het beroep van hun vader over. Als iemand een Brahmana was werd zijn zoon vanzelfsprekend ook een Brahmana. Door de associatie met andere Brahmanas kreeg hij ook die kwaliteiten en van zijn vader leerde hij de handelingen en standaarden van het Brahmana zijn.

Hetzelfde geldt ook voor de Ksatriyas, de Vaisyas en de Sudras. Tegenwoordig nemen heel weinig mensen het beroep van hun vader over en ze brengen het grootste deel van hun jeugd ook niet in gezelschap met hun vader door, dus nemen ze ook heel weinig kwaliteiten van hun ouders over.

God is niet partijdig, met andere woorden, Hij zal een persoon niet bevoorrechten en het hem makkelijker maken zijn doel te bereiken. Hij laat de keus aan ons over of we ons Vedische doel willen bereiken. Juist om dit soort misverstanden als het kastenstelsel te voorkomen zegt Krishna aan het eind van de Bhagavad-Gita :

 

sarva-dharman parityajya
mam ekam saranam vraja
aham tvam sarva-papebhyo
moksayisyami ma sucah

 

“Laat alle vormen van religie achter je en geef je alleen over aan Mij. Ik zal je verlossen van alle reacties op je zonden. Vrees niet.”

 

Wat is uiteindelijk het doel van het Brahmana zijn? Het doel is om de persoon Brahmaan te leren kennen en om je over te geven aan die persoon, Brahmaan.

 

Wat is het doel van al de Vedische geschriften? Dat doel is om mensen te leren hoe ze uit deze cyclus van karma kunnen komen en zich weer kunnen herenigen met de persoon Brahmaan. Diezelfde persoonlijkheid Brahmaan, Krishna, zegt verder in de Bhagavad-Gita hoofdstuk 15 vers 15:

 

sarvasya caham hrdi sannivisto
mattah smrtir jnanam apohanam ca
vedais ca sarvair aham eva vedyo
vedanta-krd veda-vid eva caham

 

“Ik ben aanwezig in ieders hart en van mij komen herinnering, kennis en vergetelheid. Het doel van alle Vedas is om Mij te leren kennen. Ik ben de samensteller van de Vedanta en de kenner van deVedas.”

In dit tijdperk van Kali is het heel moeilijk om alle Vedas te bestuderen en te begrijpen. Daarom zegt Krishna sarva-dharman parityajya ….. De vraag is nu wat Krishna bedoelt met “ geef je over aan mij” . Dan zegt Krishna :

 

man-mana bhava mad-bhakto
mad-yaji mam namaskuru
mam evaisyasi satyam te
pratijane priyo ‘si me

 

 

“Denk onafgebroken aan Mij, wordt mijn toegewijde, aanbidt Me en breng je eerbetuigingen aan Mij. Op die manier zul je zeker tot Mij komen. Dat beloof ik je omdat je Mijn dierbare vriend bent.”

In de Padma Purana, Svarga Khanda 50. 10 staat geschreven:

 

sakrt pranami krsnasya matuh stanyam pibenna hi

haripade mano yesam tebhyo nityam namo namah

pukkasah svapaco vapi ye canye mleccha-jatayah

te’pi vandya mahabhaga haripadaika-sevakah

 

“Iemand die zijn valse ego helemaal opgeeft en zijn eerbetuigingen offert aan de lotus voeten van Krishna zal nooit meer geboren moeten worden. Iemand die de lotus voeten van Sri Hari altijd in zijn gedachten houdt is altijd eerbiedwaardig. Of hij nou een hondeneter of een mleccha is, als hij zich overgeeft aan de lotus voeten van Shri Hari met zuivere devotie en Hem dient met veel toewijding, is hij heel fortuinlijk en eerbiedwaardig.”

 

Tegenwoordig is iedereen zo druk bezig met het vervullen van hun lusten. De vier bezigheden die alle levende wezens gemeen hebben zijn : eten, slapen, paren en verdedigen. Als wij mensen ons alleen daarmee bezig houden zijn we niet beter dan de dieren die we elke dag eten. Men werkt de hele dag om zoveel mogelijk geld te kunnen verdienen, waarvoor? Om beter te kunnen eten, lekker te kunnen slapen, meer en met meedere partners te kunnen paren en hun bezit, omgeving en familie beter te kunnen verdedigen. Maar uiteindelijk blijven we diezelfde vier bezigheden uitoefenen, net als alle dieren dat ook doen,  en na onze dood worden we wedergeboren met hetzelfde als voorheen als gevolg.

Krishna heeft de mens verstand gegeven om goed te kunnen beseffen dat er meer is dan deze vier bezigheden. Hij heeft ons verstand gegeven om te kunnen beseffen dat alles in deze materieële wereld tijdelijk is. Ook geluk is tijdelijk, niemand is aldoor gelukkig, ook rijkdom en schoonheid zijn tijdelijk. Daarom moeten wij het doel van de Vedas kennen, en niet zitten vechten over wie wel en wie geen echte Brahmana is. Een echte Brahmana kent al deze waarheden en probeert het ook aan een ieder te onderwijzen zonder daarvoor geld te eisen.

Als men mensen moet beoordelen op basis van geboorte, ras, en kleur, dan is hij niet beter dan een dier, die ook alleen onderscheid maakt tussen vriend of vijand en eetbaar of niet eetbaar. Ik denk persoonlijk dat wij toch een beetje meer verstand dan dat hebben.

 

————————————————————————————————————

 

 

DOOR REWIEN MANNA